De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Vennootschapsbelasting publiceerde op 03/04/2023 de Circulaire 2023/C/40 - Addendum aan de circulaire 2019/C/138 over de vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden.
Deze circulaire is een aanvulling van de circulaire 2019/C/138 van 20.12.2019 over de vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden en het addendum eraan, de circulaire 2021/C/67 van 20.07.2021.
1. De vrijstelling voor sociaal passief ingevolge het eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden werd besproken in de circulaire 2019/C/138 van 20.12.2019 en het addendum eraan, de circulaire 2021/C/67 van 20.07.2021.
2. In nr. 62 van de circulaire 2019/C/138 wordt aangehaald dat art. 67quater, negende lid, WIB 92, een stelsel van fiscale neutraliteit bepaalt in het kader van herstructureringsverrichtingen zoals bedoeld in de art. 46 en 211, WIB 92.
In die gevallen moeten de verschillende berekeningselementen van de vrijstelling voor sociaal passief (voorwaarde van dienstanciënniteit, bedrag van de voorheen verkregen vrijstelling, enz.) worden beoordeeld alsof die verrichtingen niet hadden plaatsgevonden.
3. Dit addendum geeft enkele verduidelijkingen en aanvullingen bij de voormelde circulaires voor de belastingplichtigen die betrokken zijn bij herstructureringsverrichtingen waarvoor het stelsel van fiscale neutraliteit van toepassing is.
4. In art. 2, § 1, 6°/1 en 6°/2, WIB 92, wordt een autonome definitie gegeven van de herstructureringsverrichtingen zoals bedoeld in de art. 46 en 211, WIB 92, die gebaseerd is op de definitie ervan in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV).
5. De gevolgen van de fiscale neutraliteit die van toepassing is voor de voormelde herstructureringsverrichtingen worden geregeld door uitdrukkelijke bepalingen van het WIB 92, in dit geval art. 67quater, negende lid.
6. Het stelsel van fiscale neutraliteit houdt ter zake in dat de verkrijgende of overnemende vennootschap in de plaats treedt van de inbrengende, overgenomen of gesplitste vennootschap wat inzonderheid de volgende gevolgen heeft :
- de overdracht van werknemers volgend op een herstructureringsverrichting zoals bedoeld in de art. 46 en 211, WIB 92, wordt bij de inbrengende, overgenomen of gesplitste vennootschap niet beschouwd als een vertrek uit de vennootschap voor de toepassing van art. 67quater, achtste lid, WIB 92. Bijgevolg moet voor die werknemers door die vennootschap geen enkele terugname gebeuren van de oorspronkelijk verleende vrijstelling ;
- de werknemers die worden overgedragen aan de verkrijgende of overnemende vennootschap moeten niet worden beschouwd als nieuwe werknemers voor de toepassing van art. 67quater, WIB 92. Dat betekent inzonderheid dat de dienstanciënniteit verworven bij de inbrengende of overgenomen vennootschap in aanmerking wordt genomen voor de berekening van de vrijstelling bij de verkrijgende of overnemende vennootschap. De verkrijgende of overnemende vennootschap zal als datum van indiensttreding de datum vermelden waarop de werknemers door de inbrengende of overgenomen vennootschap in dienst zijn genomen. In het geval van een herstructureringsverrichting waarbij een of meer nieuwe vennootschappen worden opgericht, kan die datum van indiensttreding van de werknemers die in aanmerking moet worden genomen, de oprichtingsdatum van de nieuwe vennootschap(pen) voorafgaan ;
- indien een werknemer, die werd overgedragen naar aanleiding van de herstructureringsverrichting de verkrijgende of overnemende vennootschap verlaat, dan neemt de verkrijgende of overnemende vennootschap in haar winst zowel de vrijstelling op die zij zelf na die verrichting heeft verkregen als de vrijstelling die oorspronkelijk aan de inbrengende, overgenomen of gesplitste vennootschap werd verleend ;
- de verkrijgende of overnemende vennootschap kan het deel van de gespreide vrijstelling verkrijgen dat nog niet aan de inbrengende, overgenomen of gesplitste vennootschap werd verleend en dat betrekking heeft op de werknemers die naar aanleiding van de herstructureringsverrichting worden overgedragen.
7. In het geval van een herstructureringsverrichting waarbij de boekhoudkundige retroactiviteit niet samenvalt met de begindatum van het belastbare tijdperk van de deelnemende vennootschappen, kan de overgenomen of gesplitste vennootschap geen aanspraak maken op de vrijstelling van zodra haar ontbinding is voltooid, m.a.w. kort na de overdracht van de betrokken werknemers en de actief- en passiefbestanddelen. In voorkomend geval zullen de terugnames van de vrijstelling worden belast voor de werknemers die de vennootschap hebben verlaten vóór de verrichting en die dus naar aanleiding van de verrichting niet werden overgedragen.
NAMENS DE MINISTER:
Voor de Administrateur-generaal van de Fiscaliteit,
Danny DELVAUX
Adviseur-generaal
Interne ref.: 721.652/3
Bron: Fisconetplus