De Algemene Administratie van de Fiscaliteit – Belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) publiceerde op 26/09/2023 de Circulaire 2023/C/81 over de wijzigingen in de aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) van aanslagjaar 2023.
Bespreking van de wijzigingen in de (papieren) aangifte en de voorbereiding van de aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) van aanslagjaar 2023.
BIJLAGEN: 2
Inhoudstafel
II. Gemeenschappelijke wijzigingen met de voorbereiding van de aangifte in de personenbelasting
III. Samenstelling, formaat en aantal bladzijden van de aangifte
IV. Voorbereiding van de aangifte
1. Deze circulaire bespreekt de wijzigingen in de (papieren) aangifte en de voorbereiding van de aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen) (BNI/nat.pers.) van aanslagjaar 2023.
De wijzigingen in de toelichting worden hier niet besproken, maar zijn in de toelichting zelf met een rode verticale stippellijn in de linkermarge aangeduid. De meeste van die wijzigingen hebben betrekking op de hierna besproken wijzigingen in de voorbereiding van de aangifte.
Als bijlagen 1 en 2 wordt bovendien een overzicht toegevoegd van bepaalde fiscale bepalingen die voor aanslagjaar 2023 van toepassing zijn bij de verschillende categorieën van niet-rijksinwoners.
2. De wijzigingen die zijn aangebracht in de voorbereiding van de aangifte in de personenbelasting (PB) van aanslagjaar 2023, maar die geen implicaties, specifiek voor de BNI/nat.pers. bevatten, worden hier niet besproken.
In dit verband wordt verwezen naar de circulaire 2023/C/50 (van 28.04.2023) over de wijzigingen in de aangifte in de personenbelasting van aanslagjaar 2023.
3. De aangifte in de BNI/nat.pers. (nr. 276.2) van aanslagjaar 2023 (inkomsten van het jaar 2022) bestaat uit:
- de eigenlijke 'Aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen)' (terug te bezorgen aan de belastingdienst als de belastingplichtige zijn aangifte indient op papier).
Volgende structurele aanpassing werd aangebracht:
* op de voorzijde werd een extra rubriek toegevoegd waarin men de naam, voornaam, geboortedatum en de corresponderende code dient te vermelden van de personen die fiscaal ten laste zijn (deel 1, vak III, B, 6 van de voorbereiding).
- de 'Voorbereiding van de aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen)' (te bewaren door de belastingplichtige die zijn aangifte indient op papier en te gebruiken als aangifte door de belastingplichtige die zijn aangifte elektronisch indient via MyMinfin (Tax-on-web)).
Het formaat en het aantal bladzijden van de bovenvermelde documenten is niet veranderd.
4. In tegenstelling tot de aangifte in de PB van aanslagjaar 2023, verschilt deel 1 van de 'Voorbereiding van de aangifte' niet volgens het gewest waar de belastingplichtige in voorkomend geval moet worden gelokaliseerd voor aanslagjaar 2023.
Een dergelijke lokalisatie in een gewest is immers niet stelselmatig in de BNI/nat.pers. maar:
- hangt af van het vervullen van bepaalde voorwaarden voor de toepassing van de gewestelijke fiscaliteit op de belastingplichtige
- moet in ieder geval worden bepaald op basis van een aantal criteria die in principe verbonden zijn met de lokalisatie in een specifiek gewest van het merendeel van de belastbare inkomsten van de belastingplichtige
- moet in eerste instantie door de belastingplichtige zelf in zijn aangifte worden aangevraagd (door, naargelang het geval, de code 1093-71, 1094-70 of 1095-69 van vak III, A, 6 aan te kruisen). Dit is het geval omdat de administratie immers vóór het verzenden van de aangiften niet op de hoogte is van alle informatie om uit te maken of de gewestelijke fiscaliteit op de belastingplichtige al dan niet moet worden toegepast en, zo ja, in welk specifiek gewest de belastingplichtige moet worden gelokaliseerd.
De vakken IX, X en XI van de voorbereiding (waarin alle gewestelijke rubrieken zijn opgenomen) vermelden dus altijd, naast de federale rubrieken, de rubrieken betreffende de fiscale maatregelen van de drie gewesten (zie punt 11 hierna).
5. In de voorafgaande 'Belangrijke opmerkingen' (zoals vermeld op de eerste bladzijde van de voorbereiding van deel 1 en deel 2) werd punt 2 geherformuleerd. Hiermee wordt de uitleg over de rubrieken met een (*) of (**), die men alleen mag invullen als men tot een bepaalde categorie van niet-rijksinwoners (zoals vermeld in vak III, A, 6) behoort, verduidelijkt. Het gaat om niet-inhoudelijke wijzigingen.
6. Vak III, A, 2: aanpassingen als gevolg van de genderneutraliteit van de aangifte in de belasting van niet-inwoners (natuurlijke personen), zonder inhoudelijke wijziging.
7. Vak III, A, 6: herformulering van de teksten – zonder inhoudelijke wijzigingen – ter verduidelijking van de verschillende categorieën van niet-rijksinwoners met het oog op een juiste berekening van de BNI/nat.pers.. De vroegere rubrieken A, 7 en A, 8 zijn geschrapt en ondergebracht in rubriek A, 6.
8. Vak III, B, 6: nieuwe rubriek voor de gegevens van de personen die ten laste worden genomen. In deze rubriek moeten de naam, voornaam, geboortedatum en overeenstemmende code (zoals bedoeld in subrubriek B, 1 tot B, 5) worden vermeld.
9. Vak VII, 4: diverse aanpassingen in de rubriek van de beloningen voor verenigingsactiviteiten (zie wet van 26.04.2022) (1). De beloningen voor verenigingsactiviteiten worden in principe vermeld op een fiche 281.27 (zie koninklijk besluit 19.12.2022 (2)).
De subrubriek bedrijfsvoorheffing is toegevoegd aan deze rubriek omdat er voor de periode van 01.01.2022 tot 15.05.2022 op dergelijke beloningen bedrijfsvoorheffing is ingehouden (art. 58 van de wet van 20.11.2022 (3)).
(1) Wet van 26.04.2022 tot regeling van het fiscaal stelsel van de beloningen voor verenigingsactiviteiten zoals bedoeld in artikel 17 van het koninklijk besluit van 28.11.1969 tot uitvoering van de wet van 27.06.1969 tot herziening van de besluitwet van 28.12.1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders (BS 06.05.2022).
(2) Koninklijk besluit van 19.12.2022 tot wijziging van het KB/WIB 92 op het stuk van de beloningen voor verenigingsactiviteiten als bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1°ter, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (BS 22.12.2022).
(3) Wet van 20.11.2022 houdende diverse fiscale en financiële bepalingen (BS 30.11.2022).
10. Vak VIII, 2: toevoeging van een uitzondering voor belastingplichtigen (inwoners van een lidstaat van de Europese Economische Ruimte, andere dan België) die niet voldoen aan de 75 %-regel, maar op basis van artikel 242, § 1/1, WIB 92 ook aanspraak kunnen maken op de aftrek van onderhoudsuitkeringen (4). Wanneer aan alle wettelijke voorwaarden is voldaan (en de belastingplichtige dus onder meer over de vereiste inkomensverklaring beschikt), mag het bedrag van de werkelijk betaalde onderhoudsuitkeringen waarvoor geen fiscaal voordeel kan worden verleend in de woonstaat omwille van de geringe inkomsten, in de code(s) 1390-65, 2390-35 en/of 1392-63 worden vermeld. In dat geval dient de belastingplichtige ook de code(s) 1393-62 en/of 2393-32, naargelang het geval, aan te kruisen.
(4) Artikel 28 van de Wet van 21.12.2022 houdende diverse fiscale bepalingen (BS 29.12.2022).
11. Vak IX, vak X en vak XI: in tegenstelling tot de voorbereiding van de aangifte in de PB hernemen de vakken IX, X en XI in de BNI/nat.pers., bovenop de federale rubrieken, ook nog alle rubrieken betreffende de drie gewesten. Bijgevolg hebben bepaalde gewestelijke subrubrieken een voetnoot als:
- deze subrubrieken slechts, naargelang het geval, één of twee specifieke gewesten betreffen
- er, voor één of twee specifieke gewesten, bijzondere beperkingen van toepassing zijn. Dit is bijvoorbeeld het geval als een subrubriek de titel 'Leningen gesloten vanaf 2015' draagt, terwijl deze subrubriek, voor een specifiek gewest, enkel bestemd is voor leningen die gesloten zijn in 2015.
12. Vak X, II, I: toevoeging van de subrubriek 'overgedragen belastingvermindering voor betalingen gedaan in 2021' voor het vermelden van het gedeelte van de belastingvermindering waarop de belastingplichtige recht had voor aanslagjaar 2022, maar dat in dat aanslagjaar niet volledig kon worden verleend bij gebrek aan voldoende verschuldigde belasting. Dit geldt uitsluitend voor belastingplichtigen die één van de codes 1093-71, 1094-70, 1095-69 of 1073-91 in vak III, A, 6 van de aangifte hebben aangekruist. Deze subrubriek is dus vergezeld van een (*).
Bijlage 2: overzicht bevoorrechte niet-rijksinwoners voor het aanslagjaar 2023.
Bron: Fisconetplus