Op 5 februari 2025 publiceerde het Belgisch Staatsblad het koninklijk besluit van 24 januari 2025 betreffende de vaststelling van de referentierentevoeten van toepassing op de leningen die zonder interest of tegen een verlaagd tarief worden toegekend voor het inkomensjaar 2024. Deze tarieven spelen een essentiële rol bij de berekening van de belastbare voordelen alle aard (VAA) wanneer een onderneming voorschotten of leningen toekent aan haar bedrijfsleiders of aandeelhouders.
De referentierentevoeten zijn afhankelijk van het type toegekende lening:
Deze tarieven zijn van toepassing op de voordelen alle aard die in 2024 worden toegekend.
Wanneer een lening wordt toegekend door een vennootschap aan een bedrijfsleider of aandeelhouder, komt het belastbare VAA overeen met het verschil tussen de referentierentevoet en de daadwerkelijk toegepaste rentevoet.
Illustratief voorbeeld : Een bedrijfsleider beschikt over een debiteurenrekening die het hele jaar 2024 een saldo van 50.000 EUR vertoont. Het belastbare voordeel wordt als volgt berekend:
Had deze bedrijfsleider begin 2024 gekozen voor een lening op afbetaling, dan zou het VAA hoger geweest zijn, namelijk 3.402 EUR (50.000 x 6,80 %).
Het voordeel wordt beschouwd als een belastbaar beroepsinkomen voor de betrokken bedrijfsleider of aandeelhouder. Het wordt toegevoegd aan zijn andere inkomsten en onderworpen aan de progressieve personenbelasting (artikelen 31 en 32 van het Wetboek der inkomstenbelastingen - WIB92).
Het VAA wordt door het RSZ beschouwd als een belastbare vergoeding, onderworpen aan de sociale bijdragen voor zelfstandigen en bedrijfsleiders.
Het voordeel moet in de boekhouding van de onderneming als loonkost worden opgenomen, waardoor het fiscale resultaat wordt beïnvloed (conform artikelen 36 en 49 van het WIB92).
Voordat een interne financiering wordt gestructureerd, moeten verschillende mogelijkheden worden geëvalueerd:
De vaststelling van de referentierentevoeten voor 2024 benadrukt het belang van een nauwkeurig beheer van de interne financieringen. Voordat een lening wordt toegekend aan een bedrijfsleider of aandeelhouder, is het cruciaal om de fiscale en sociale gevolgen te analyseren. Een aangepaste planning kan de fiscale lasten beperken en de financiële structuur van de onderneming optimaliseren.
Ten slotte moeten de vennootschappen ervoor zorgen dat deze voordelen correct worden aangegeven, bij gebrek hieraan riskeren ze fiscale en sociale naheffingen.