Laatste maatregelen met betrekking tot de werkcontext (KB van 19 november 2021)

Tijdens het overlegcomité van 17 november 2021 hebben de regeringen van het land samen een aantal maatregelen genomen om de sterke stijging in het aantal COVID-19 besmettingen te milderen.

Deze maatregelen werden opgenomen in het koninklijk besluit houdende wijziging van het koninklijk besluit van 28 oktober 2021 houdende de nodige maatregelen van bestuurlijke politie teneinde de gevolgen voor de volksgezondheid van de afgekondigde epidemische noodsituatie betreffende de coronavirus COVID-19-pandemie te voorkomen of te beperken, zoals gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 19 november 2021.

Knelpunten

Telewerk wordt verplicht in de privésector en bij alle openbare besturen, tenzij dit onmogelijk is omwille van de aard van de functie of de continuïteit van de bedrijfsvoering. Per personeelslid is één terugkeerdag per week mogelijk. Vanaf 13 december wordt het aantal terugkeerdagen opgetrokken naar maximaal twee per personeelslid.

Dit moet bijdragen aan het verminderen van het aantal contacten, ook op het openbaar vervoer.

Er moet een maandelijks elektronisch register bijgehouden worden dat ter beschikking gesteld wordt via het portaal van de sociale zekerheid.

Deze maatregelen zijn op 20 november 2021 in werking getreden en gelden tot 28 januari 2022. Begin januari komt het Overlegcomité samen om de maatregelen te evalueren.

Telethuiswerk is verplicht


Telethuiswerk is verplicht bij alle ondernemingen, verenigingen en diensten, voor alle personen bij hen werkzaam, ongeacht de aard van hun arbeidsrelatie, tenzij dit onmogelijk is omwille van de aard van de functie of de continuïteit van de bedrijfsvoering, de activiteiten of de dienstverlening. Telethuiswerk wordt verricht in overeenstemming met de bestaande collectieve arbeidsovereenkomsten en akkoorden.

De werkgevers bezorgen de personen werkzaam in hun vestigingseenheden, ongeacht de aard van hun arbeidsrelatie, die niet kunnen telethuiswerken een attest (DOCX, 27.48 KB) of elk ander bewijsstuk dat de noodzaak van hun aanwezigheid op de arbeidsplaats bevestigt.

RSZ-toepassing voor de verplichte telewerkaangifte staat nu online

De werkgevers registreren maandelijks, via het elektronische registratiesysteem dat door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid ter beschikking wordt gesteld op de portaalsite van de sociale zekerheid, per vestigingseenheid het totale aantal personen dat er werkzaam is en het aantal personen dat een functie uitoefent die onmogelijk kan worden volbracht via telethuiswerk.

> Vier dagen per dagen

Sinds maandag 22 november is telewerk opnieuw verplicht voor alle ondernemingen, en dit voor minstens 4 dagen per week. Werkgevers zijn ook verplicht om een telewerkaangifte te doen voor alle werknemers die onder deze maatregel vallen.

Om de telewerkaangifte voor ondernemingen zo gemakkelijk mogelijk te maken, biedt de RSZ een onlinedienst aan waarin de aangifte op een eenvoudige manier kan gebeuren.

> Telewerkaangifte is verplicht voor (bijna) alle werkgevers

Om de verplichte telewerkaangifte te doen, kunnen werkgevers vanaf nu de onlinedienst op het portaal van de sociale zekerheid gebruiken. Daar vinden ze alle informatie nodig om de aangifte te doen, en ook een directe link naar de plaats waar ze de aangifte moeten indienen.

Sommige werkgevers zijn vrijgesteld van de verplichte telewerkaangifte:

  • kmo’s waar minder dan 5 personen werken, welke ook de arbeidsrelatie is,
  • werkgevers uit de gezondheidszorg,
  • de politiediensten,
  • onderwijsinstellingen (behalve universiteiten en privéscholen), en
  • ondernemingen die werken met gevaarlijke stoffen.

Voor alle andere werkgevers is de aangifte verplicht.

> Een vereenvoudigde procedure

De telewerkaangifte moet 1 keer per maand ingegeven worden. De telewerksituatie tot en met 31 december 2021 moet ten laatste op 30 november ingegeven worden. Deze aangifte bevat de telewerkgegevens van werknemers op 24 november.

Vanaf januari 2022 moet de telewerkaangifte uiterlijk op de 6de van elke maand gebeuren, ze bevat de thuiswerkgegevens voor werknemers op de 1e werkdag van de maand.

Blijft de situatie inzake telewerk ongewijzigd ten opzichte van de maand voordien, dan moet de werkgever geen nieuwe aangifte doen voor de daaropvolgende maand.

De werkgever moet de volgende 2 elementen aan de RSZ meedelen in de verplichte telewerkaangifte:

  • het aantal werknemers waarvoor de telewerkaangifte van toepassing is, en
  • het aantal werknemers wiens functie het niet toelaat om te telewerken.

Meer informatie over het registratiesysteem op de portaalsite van de sociale zekerheid in het artikel

"Coronavirus: telewerkaangifte"

Terugkeermomenten

De ondernemingen, verenigingen en diensten mogen, voor de personen bij hen werkzaam, ongeacht de aard van hun arbeidsrelatie, waarvoor het telethuiswerk verplicht is, terugkeermomenten inplannen, mits naleving van de regels en onder de volgende voorwaarden :

  • een onderling akkoord tussen deze ondernemingen, verenigen en diensten en de personen die bij hen werkzaam zijn, wat betekent dat deze personen niet verplicht kunnen worden om deel te nemen aan de terugkeermomenten;
  • het doel moet het bevorderen van het psychosociaal welzijn en de teamgeest van deze personen zijn;
  • deze personen moeten vooraf de nodige instructies krijgen over alle maatregelen die noodzakelijk zijn om de terugkeer in alle veiligheid te laten verlopen;
  • deze personen moeten geïnformeerd worden dat ze in geen geval mogen terugkeren naar de arbeidsplaats als ze zich ziek voelen of ziektesymptomen vertonen of zich in een quarantainesituatie bevinden;
  • de werkgever mag hieraan, voor zijn werknemers, geen enkel gevolg verbinden;
  • de verplaatsing van en naar de arbeidsplaatsen tijdens de piekuren van het openbaar vervoer of via carpooling moet zo veel mogelijk vermeden worden;
  • de beslissing om terugkeermomenten te organiseren moet gebeuren met inachtneming van de regels van het sociaal overleg in de onderneming, waarbij alle voorwaarden worden afgetoetst.

Deze terugkeermomenten mogen maximum één dag per week per persoon bedragen tot en met 12 december 2021, en maximum twee dagen per week per persoon vanaf 13 december 2021. Tot en met 12 december 2021 mag per dag maximum 20% van de personen voor wie telethuiswerk verplicht is, tegelijk in de vestigingseenheid aanwezig zijn, en vanaf 13 december 2021 mag dit maximum 40% zijn.

Voor de KMO's waar minder dan tien personen werkzaam zijn, mogen maximum vijf personen van diegenen voor wie het telethuiswerk overeenkomstig verplicht is, tegelijk in de vestigingseenheid aanwezig zijn.

Het blijven nemen van andere passende preventiemaatregelen

Ondernemingen, verenigingen en diensten moeten uiteraard ook nog steeds alle andere passende preventiemaatregelen blijven nemen om de regels inzake social distancing te blijven garanderen voor wie naar het werk komt.

Goed om weten

Bron : FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, 20 november 2021

Mots clés

Articles recommandés

Salaris in België : de loonkloof in bruto-uurloon bedraagt 5,0% in België

Openbare raadpleging - nationaal beleidskader AFIR

Cybersecurity: nieuwe regels voor kritieke EU netwerken?