De Kamer van Volksvertegenwoordigers keurde vandaag het wetsontwerp goed dat het permanent verlaagd btw-tarief voor afbraak en heropbouw bepaalt. Vice-eersteminister en minister van Financiën Vincent Van Peteghem verduidelijkt de voorwaarden om beroep te kunnen (blijven) doen op het verlaagde btw-tarief voor afbraak en heropbouw en de voorziene overgangsmaatregelen.
Er geldt geen specifieke maatregel meer voor de 32 centrumsteden. De algemene regel is dat het verlaagd btw-tarief voor de afbraak van een gebouw en heropbouw van woningen vanaf 1 januari 2024 overal in ons land op dezelfde manier zal gelden voor particulieren en rechtspersonen. Dit met volgende sociale voorwaarden:
Wie een heropgebouwde woning heeft aangekocht of nog aankoopt bij een bouwpromotor (enige eigen woning max 200m² of langdurige verhuur in het kader sociaal huisvestingsbeleid) kan gebruikmaken van een overgangsmaatregel op voorwaarde dat de omgevingsvergunning voor de heropbouw van de woning is ingediend vóór 1 juli 2023 en dit voor alle werkzaamheden gefactureerd of betaald tot eind 2024.
Er wordt ook een overgangsmaatregel voorzien voor particulieren en rechtspersonen die niet voldoen aan de sociale voorwaarden, maar op basis van de permanente regeling in de 32 centrumsteden wel konden genieten van het verlaagde btw-tarief. Hier geldt de voorwaarde dat de omgevingsvergunning voor de heropbouw van de woning is ingediend vóór 1 januari 2024 en dit voor alle werkzaamheden gefactureerd of betaald tot eind 2024.
Deze bijkomende overgangsmaatregel in de 32 centrumsteden heeft dus geen betrekking op aankopen bij bouwpromotoren, want die kwamen niet in aanmerking onder de permanente regeling in de 32 centrumsteden. De maatregel heeft wel betrekking op tweede verblijven of op projecten van ontwikkelaars en investeerders die panden aankochten met het doel deze nadien te verhuren voor ander doeleinden dan langdurig verhuren in het kader van sociaal huisvestingsbeleid.