De wereld is in verandering en de juridische wereld is dat ook. Meer en meer beroepsgroepen zijn actief op de juridische markt. Soms als concurrenten, soms als complementaire partners. Alleen verhinderen deontologische regels een echte interprofessionele samenwerking. Maar is dat nog van deze tijd? En zijn #advocountants niet het fiscaal-juridische beroep van de toekomst?
De fiscaal juridische markt staat onder druk, zoveel is zeker. De toenemende fiscale regulitis, met allerlei bijkomende fiscale rapporteringsverplichtingen, en de complexiteit van de fiscale regelgeving, heeft er voor gezorgd dat fiscaal juridische consultancy meer en meer aan belang heeft gewonnen. Voor de globale sector van de juridische en de boekhoudkundige adviesverlening lijkt dit op het eerste zicht een goede zaak te zijn, maar de vraag is of dit werkelijk ook zo is.
In de realiteit kan enkel maar worden vastgesteld dat de koek van de fiscaal juridische adviesverlening door meer en meer partijen moet worden gedeeld. Het beroep van boekhouder of accountant is lang niet meer beperkt tot het pure cijferberoep, maar stilaan en gestaag ook uitgegroeid tot een adviesberoep. Dit is in zekere zin ook logisch. Een ondernemer verwacht ook van zijn boekhouder of accountant advies op vennootschapsrechtelijk, arbeidsrechtelijk, financieel en fiscaal vlak. Een cijferberoeper kan hiervoor externe juridische bijstand zoeken, maar meer en meer kan worden vastgesteld dat bijvoorbeeld accountantskantoren ook interne ...
Dit zorgt er dan weer voor dat de cijferberoepers van langsom meer het terrein betreden van de klassieke (fiscale) advocatuur. En niet alleen cijferberoepers, ook andere beroepen zoals vermogens- en successieplanners, financiële adviesverleners en zelfs banken begeven zich op dit terrein. Het spreekt voor zich dat dit tot concurrentie leidt, met de klassieke voor- en nadelen. Zo is de “war for (legal) talent” vandaag de dag een feit. Juridisch talent is schaars geworden. Het wordt dan ook steeds moeilijker om medewerkers te vinden en als die al gevonden worden dan zijn de looneisen en dito arbeidsvoorwaarden vaak navenant. Daarnaast is ook innovatie een heikel punt. De introductie van legal AI in de sector is eveneens een feit en om op dat vlak professioneel relevant te blijven zijn investeringen vereist. Dat is vooral binnen de sector van de advocatuur een probleem, waar de combinatie van hogere lonen voor medewerkers en de noodzaak aan technologische investeringen het klassieke winstmodel door elkaar schudt, een aandachtspunt waarvoor Barend Blondé (www.frahanblonde.com) in zijn artikel “De advocatuur en financiering: buigen of barsten” reeds voor heeft gewaarschuwd.
Voor heel wat mensen binnen de fiscaal juridische dienstverlening kan deze situatie bedreigend overkomen, maar dit hoeft niet zo te zijn. Er zijn inderdaad meer spelers actief op de markt, maar terzelfdertijd wordt de markt ook groter. Bovendien zorgen de verschillende professionele invalshoeken voor heel wat complementariteit, alleen wordt deze complementariteit onvoldoende benut.
Dit heeft voornamelijk te maken met de terughoudendheid binnen de advocatuur. De Orde van Vlaamse Balies (OVB ) aanvaardt interprofessionele samenwerking enkel binnen een netwerk of binnen een kostendelende groepering. Maar associaties of vennootschappen die kosten en baten delen of waar kapitaal in geplaatst wordt dat niet van advocaten komt, zijn deontologisch verboden. Of met andere woorden een externe samenwerking tussen advocatenkantoren en cijferberoepen is mogelijk, maar een geïntegreerde samenwerking niet. En ook externe kapitalisering is niet mogelijk binnen de advocatuur. De vraag is dan of een dergelijk beleid wel zo verstandig is, en niet contraproductief werkt.
Zoals Barend Blondé in zijn bovenstaand artikel reeds liet opmerken, zal de financiële druk op de advocatuur enkel maar toenemen. Schaalvergroting, consolidering en (inter)professionele samenwerking zal noodzakelijk zijn om het hoofd te kunnen bieden aan de uitdagingen van het heden en de toekomst, in het bijzonder de war for talent en technologische investeringen. Andere beroepsgroepen zoals de cijferberoepen en het notariaat hebben op deze evolutie reeds geanticipeerd en zijn hun sector aan het hervormen. De consolidatie in de accountancy-wereld is volop aan de gang waardoor expertise geclusterd kan worden en door de intrede van extern kapitaal zijn verregaande investeringen in technologie mogelijk. In het notariaat werd dan weer beslist om over te gaan technologische centralisering binnen de overkoepelende beroepsorganisatie. Binnen de advocatuur blijft men echter ter zake een conservatieve houding aannemen. Samenwerkingsverbanden tussen advocatenkantoren onderling is geen probleem, maar interprofessionele samenwerking wordt slechts zeer beperkt toegelaten en extern kapitaal is al helemaal uit den boze. Maar door hier op de rem te gaan staan, riskeert men marktaandeel te verliezen. Vandaar de oproep om het beleid rond interprofessionele samenwerkingsverbanden en externe kapitalisering aan te passen.
Specifiek wat interprofessionele samenwerking staat het Instituut van belastingadviseurs en accountants (ITAA) open voor verdere stappen. In een interview met de Orde van Vlaamse Balies (OVB) ( zie Orde van Vlaamse Balies | Multidisciplinair samenwerken: (Stop) the… ) stelde Bart Van Coile, voorzitter van het ITAA, reeds dat de interne juridische diensten van grotere accountantskantoren eigenlijk als een soort intern advocatenkantoor fungeren en verwijst hij naar de “Sociéte Pluriprofessionelle d'Exercice” (SPE) in Frankrijk die samenwerkingen tussen advocaten, notarissen, gerechtsdeurwaarders, bedrijfsrevisoren en accountants mogelijk maakt.
En wat externe kapitalisering binnen de advocatuur betreft, moet worden gewezen op de interessante zaak C-295/23 (Halmer Rechtsanwaltsgesellschaft UG v Rechtsanwaltskammer München) die thans hangende is voor het Europees Hof van Justitie en waar onder de andere de vraag wordt gesteld of de regel dat enkel advocaten aandeelhouder kunnen zijn van een advocatenvennootschap, wel in overeenstemming is met het vrij verkeer van kapitaal binnen de EU.
De advocatuur kan niet blind blijven voor deze evolutie. De wereld is in verandering en de juridische wereld moet mee veranderen. Dit is een realiteit die niet meer ontkend mag worden. De advocountants zijn wel degelijk het fiscaal juridisch beroep van de toekomst.