De Commissie heeft op 15 december 2020 vandaag een ambitieuze hervorming van de digitale ruimte voorgesteld, een uitgebreide reeks nieuwe regels voor alle digitale diensten, waaronder sociale media, onlinemarktplaatsen en andere onlineplatforms die in de Europese Unie actief zijn: de wet inzake digitale diensten en de wet inzake digitale markten.
De Commissie, de EU-lidstaten en vele andere landen hebben zich de voorbije jaren gebogen over de gevolgen van de digitalisering – en meer in het bijzonder onlineplatforms – voor de grondrechten, de mededinging en, meer in het algemeen, onze samenlevingen en economieën. De wet inzake digitale diensten en de wet inzake digitale markten zijn het Europese resultaat van dat diepgaande reflectieproces.
De Commissie heeft een groot aantal uiteenlopende belanghebbenden geraadpleegd bij de voorbereiding van dit wetgevingspakket. Die raadpleging, in de zomer van 2020, moest de analyse en verzameling van gegevens ondersteunen. Doel was te bepalen voor welke specifieke kwesties een optreden op EU-niveau nodig kan zijn in het kader van de wet inzake digitale diensten en het nieuwe mededingingsinstrument, die als basis hebben gediend voor het voorstel voor de wet inzake digitale markten. Op de openbare raadplegingen ter voorbereiding van het vandaag voorgestelde pakket, die liepen van juni 2020 tot september 2020, kwamen meer dan 3000 reacties uit alle hoeken van de digitale economie en de wereld.
In beide voorstellen staan de Europese waarden centraal. De nieuwe regels zullen de consument en diens grondrechten op het internet beter beschermen en voor eerlijkere en meer open digitale markten zorgen voor iedereen. Moderne regels voor de hele eengemaakte markt zullen de innovatie, de groei en het concurrentievermogen bevorderen en gebruikers nieuwe, betere en betrouwbare onlinediensten opleveren. Deze regels zullen ook de opschaling van kleinere platforms, kleine en middelgrote ondernemingen en start-ups vergemakkelijken, omdat zij gemakkelijk toegang zullen krijgen tot klanten in de hele eengemaakte markt en tegelijkertijd minder nalevingskosten zullen hebben. Bovendien zullen onlineplatforms die poortwachters zijn op de eengemaakte markt of dat naar verwachting zullen worden, op grond van de nieuwe regels geen oneerlijke voorwaarden kunnen opleggen. De twee voorstellen staan centraal in de ambitie van de Commissie om ervoor te zorgen dat dit Europa's digitale decennium wordt.
Margrethe Vestager, uitvoerend vicevoorzitter
“De twee voorstellen dienen één doel: ervoor zorgen dat we als gebruiker toegang hebben tot een breed aanbod aan veilige producten en diensten online. En dat bedrijven die in Europa actief zijn online even vrij en eerlijk kunnen concurreren als offline. Het gaat om dezelfde wereld. We moeten veilig kunnen winkelen en het nieuws dat we lezen kunnen vertrouwen. Want wat offline illegaal is, is dat ook online.”
Thierry Breton, commissaris voor Interne Markt:
“Veel onlineplatforms zijn een centrale rol gaan spelen in het leven van onze burgers en bedrijven, en zelfs in onze samenleving en democratie in het algemeen. Met deze nieuwe voorstellen organiseren we onze digitale ruimte voor de komende decennia. Met geharmoniseerde regels, ex-anteregulering, beter toezicht, snelle handhaving en ontradende sancties zullen wij ervoor zorgen dat iedereen die digitale diensten in Europa aanbiedt en gebruikt, die kan doen in een veilige, betrouwbare, innovatieve en zakelijk kansrijke omgeving.”
Zorgen voor meer veiligheid en verantwoordingsplicht online
The Digital Services Act package
Het landschap van digitale diensten verschilt vandaag aanzienlijk van 20 jaar geleden, toen de richtlijn inzake elektronische handel werd aangenomen. Onlinetussenpersonen spelen nu een vitale rol in de digitale transformatie. Met name onlineplatforms hebben consumenten aanzienlijke voordelen gebracht, innovatie bevorderd, de grensoverschrijdende handel binnen en buiten de Unie vergemakkelijkt en nieuwe kansen gecreëerd voor een groot aantal Europese bedrijven en handelaren. Tegelijkertijd kunnen zij worden gebruikt om illegale inhoud te verspreiden of illegale goederen en diensten online aan te bieden. Sommige zeer grote spelers zijn zowat uitgegroeid tot openbare ruimten waar informatie wordt uitgewisseld en handel wordt gedreven. Zij zijn systemisch geworden en houden specifieke risico's in voor de rechten van de gebruikers, de informatiestromen en de inspraak van het publiek.
Op grond van de wet inzake digitale diensten zullen bindende EU-brede verplichtingen gelden voor alle digitale diensten die consumenten in contact brengen met goederen, diensten of inhoud. Zo zullen nieuwe procedures ervoor zorgen dat illegale inhoud snel wordt verwijderd en de grondrechten van gebruikers online ruim worden beschermd. Het nieuwe kader zal het evenwicht herstellen tussen de rechten en verantwoordelijkheden van gebruikers, intermediaire platforms en overheden, op basis van Europese waarden zoals de eerbiediging van de mensenrechten, vrijheid, democratie, gelijkheid en de rechtsstaat. Het voorstel vormt een aanvulling op het actieplan voor Europese democratie, dat erop gericht is democratieën veerkrachtiger te maken.
Concreet zal een reeks nieuwe, geharmoniseerde EU-brede verplichtingen voor digitale diensten worden ingevoerd, in zorgvuldige gradaties op basis van de omvang en impact van die diensten, zoals:
Platforms die meer dan 10 % van de EU-bevolking bereiken (45 miljoen gebruikers) worden als systemisch beschouwd en worden niet alleen onderworpen aan specifieke verplichtingen voor het beheer van hun eigen risico's, maar ook aan een nieuwe toezichtsstructuur. Dit nieuwe kader voor verantwoordingsplicht voorziet in een raad van nationale coördinatoren van digitale diensten. Ook krijgt de Commissie bijzondere bevoegdheden om toezicht te houden op zeer grote platforms, waaronder de mogelijkheid om deze rechtstreeks sancties op te leggen.
Voor eerlijke en open digitale markten
The Digital Services Act package
Met de wet inzake digitale markten worden de negatieve gevolgen aangepakt van bepaalde gedragingen van platforms die op de eengemaakte markt dienstdoen als “poortwachters”. Dit zijn platforms die een aanzienlijke impact hebben op de interne markt, die voor zakelijke gebruikers een belangrijke toegangspoort tot hun klantenbestand zijn, en die (naar verwachting) een vaste en duurzame positie (zullen) innemen. Dit kan hen de macht geven om als particuliere regelgever op te treden en een bottleneck te vormen tussen bedrijven en consumenten. Soms hebben dergelijke bedrijven controle over volledige platformecosystemen. Wanneer een poortwachter zich schuldig maakt aan oneerlijke handelspraktijken, kan dit het aanbod van waardevolle en innovatieve diensten door zakelijke gebruikers en de toegang van concurrenten tot de consument verhinderen of vertragen. Voorbeelden van deze praktijken zijn het oneigenlijke gebruik van gegevens van bedrijven die op deze platforms actief zijn, of situaties waarbij gebruikers vast komen te zitten in een bepaalde dienst en slechts over beperkte mogelijkheden beschikken om naar een andere dienst over te stappen.
De wet inzake digitale markten bouwt voort op de horizontale verordening ter bevordering van billijkheid en transparantie voor zakelijke gebruikers van onlinetussenhandelsdiensten, op het Waarnemingscentrum voor de onlineplatformeconomie en op de uitgebreide ervaring van de Commissie met de handhaving van het mededingingsrecht op onlinemarkten. De wet bevat geharmoniseerde regels om deze oneerlijke praktijken van poortwachters te identificeren en te verbieden, en voorziet in een handhavingsmechanisme op basis van marktonderzoeken. Hetzelfde mechanisme zal ervoor zorgen dat de in de verordening vastgestelde verplichtingen worden geactualiseerd om gelijke tred te houden met de voortdurend veranderende digitale realiteit.
Concreet zal de wet inzake digitale markten:
Het Europees Parlement en de lidstaten zullen de voorstellen van de Commissie bespreken in het kader van de gewone wetgevingsprocedure. Indien de definitieve tekst wordt aangenomen, zal deze rechtstreeks toepasselijk zijn in de hele Europese Unie.
Bron: Europese Commissie, persbericht, 15 december 2020