Het Grondwettelijk Hof heeft in april 2020 de regeling rond het onbelast bijverdienen vernietigd wegens strijdigheid met het gelijkheids- en non-discriminatie-beginsel. De bepalingen mochten wel toegepast blijven tot eind december 2020.
In een eerdere nieuwsbrief informeerden wij u reeds over de nieuwe tijdelijke regeling voor het verenigingswerk in 2021.
Op 29 januari 2021 verschenen er in het Belgisch Staatsblad ook twee koninklijke besluiten inzake de fiscale behandeling van inkomsten uit de deeleconomie.
Deeleconomieplatformen zijn online platformen die aanbieders en gebruikers met elkaar in contact brengen en transacties tussen hen beiden vergemakkelijken. Het gaat bijvoorbeeld om organisaties voor het geven van bijlessen, klusjesdiensten, maaltijdbezorgers enz.
De inkomsten uit de deeleconomie als bedoeld in artikel 90, eerste lid, 1°bis WIB 92, die vanaf 1 januari 2021 worden betaald of toegekend, zijn belastbaar tegen een tarief van 20% na aftrek van 50% forfaitaire kosten.
>> zie Circulaire 2021/C/9 over het verenigingswerk (inkomstenjaar 2021) !
Met ingang van 1 februari 2021 moeten de erkende platformen voor deeleconomie ook bedrijfsvoorheffing inhouden op de inkomsten uit de deeleconomie.
Deze bedrijfsvoorheffing bedraagt 10,70% van het brutobedrag van de inkomsten. Het brutobedrag is het bedrag dat door het platform of door tussenkomst van het platform daadwerkelijk is betaald of toegekend, samen met de sommen die door het platform of door tussenkomst van het platform zijn ingehouden.
Sportverenigingen die trainers, scheidsrechters en andere medewerkers willen aangeven onder de nieuwe regeling voor het verenigingswerk, kunnen dat vanaf nu doen via een aangiftetoepassing op www.verenigingswerk.be.
Op 1 januari 2021 onderging het onbelast bijverdienen enkele grondige wijzigingen. Er werd een tijdelijke regeling uitgewerkt die verenigingswerk toelaat voor verenigingen zonder winstoogmerk, feitelijke verenigingen of openbare besturen actief in de sportsector. Deze regeling blijft één jaar geldig.
In het nieuwe systeem vervalt de volledige sociale en fiscale vrijstelling op inkomsten. Een vereniging die een beroep doet op verenigingswerkers, is een solidariteitsbijdrage van 10% van de overeengekomen vergoeding verschuldigd aan de RSZ. Er is eveneens een belastingheffing van 10%. Meer informatie over de inning van de solidariteitsbijdrage en belastingheffing volgt zodra deze ter beschikking is.
De vereniging moet de taak van de verenigingswerker bij de RSZ aangeven via een onlinetoepassing. Activiteiten die in 2021 hebben plaatsgevonden voor de nieuwe aangiftetoepassing beschikbaar werd, kunnen vanaf heden retroactief worden aangegeven.
De aangiftetoepassing is, samen met alle informatie over de nieuwe regeling, ondergebracht op de website www.verenigingswerk.be.
Bronnen: